Rockwool gaat twee productielijnen in Roermond elektrificeren. Na ingebruikname in 2025-2027 zal de CO2-uitstoot op deze lijnen naar verwachting met 80 procent verminderen; een afname van meer dan de helft van de totale CO2-uitstoot van de gehele fabriek. De elektrificering van de dérde lijn laat op zich wachten vanwege de netcongestieproblematiek. Rockwool maakt zich niet alleen zorgen over de beschikbaarheid van groene stroom, maar ook over de betaalbaarheid ervan.
“As we speak wordt de verzwaring van de netaansluitingscapaciteit fysiek gerealiseerd”, vertelt een enthousiaste Hans Spronken, Manager Public Affairs bij Rockwool. Die verzwaring is een randvoorwaarde om twee van de drie productielijnen te kunnen ombouwen naar een ‘innovatieve elektrische smelttechnologie’ op basis van groene energie. “Enkele jaren geleden hebben we verzwaring van de netaansluiting aangevraagd en voor een deel hebben we die toegezegd gekregen. Het is helemaal afhankelijk van de oplossing van de netcongestieproblematiek wanneer we de noodzakelijke verzwaring krijgen om ook de derde productielijn te kunnen elektrificeren.”
Elektrificering smeltovens
De implementatie van de innovatieve technologie wordt uitgevoerd met steun van de Topsector Energiesubsidie van het Ministerie van Economische Zaken. Welke technologie precies toegepast wordt, daarover wil Spronken niks kwijt. Feit is wel dat elektrificering van de productielijnen in belangrijke mate bijdraagt aan het streven van Rockwool naar 38 procent reductie van de CO2-uitstoot in 2034 (ten opzichte van baseline 2019) en naar ‘netto nul uitstoot’ in 2050. “Ongeveer twee derde van alle energieverbruik van Rockwool zit namelijk in de smeltovens die tot 1.500 graden gaan”, legt Spronken uit. “Als je die elektrificeert, dan maak je de grootste impact.”
Hardingsoven op waterstof
De rest van het energieverbruik zit ‘m vooral in de de nageschakele milieutechnieken – om rookgassen te zuiveren en de emissies te reduceren – en in de hardingsoven die tot 230 graden gaat. Rockwool overweegt om de hardingsoven op waterstof te laten werken. Het bedrijf heeft de eerste onderzoeken voor wat betreft de technische haalbaarheid inmiddels in gang gezet. Spronken: “Vanuit de Rotterdamse haven komt er een waterstofnetwerk, de Delta Rhine Corridor, naar Chemelot in Geleen met een aftakking naar het Ruhrgebied in Duitsland. We zijn in gesprek met de instanties om eventueel op dat netwerk te kunnen aansluiten, zodat we een aantal van de nu nog gasgestookte installaties op waterstof kunnen zetten.”
Stillegging Nyrstar schrikbeeld
Over de inhoud van de gesprekken met de overheid wil Spronken niet ingaan. Wel geeft hij het belang aan van een gewaarborgde beschikbaarheid én betaalbarheid van groene energie. “Kijk naar het zinkbedrijf Nyrstar in Budel. Dat is een van de duurzaamste zinkbedrijven ter wereld, maar die heeft hun productie onlangs tijdelijk moeten stilleggen.”
Nyrstar doet dat naar eigen zeggen omdat Nederland vooroploopt in het afschaffen van de compensatie voor de hoge energiekosten. Energie-intensieve bedrijven in Nederland hebben daardoor moeite om te concurreren met het buitenland. “Die situatie willen we voor Rockwool voorkomen”, aldus Spronken. “We willen onze ovens voeden met groene én betaalbare stroom. Onze ambitie is om in 2050 netto nul uitstoot te hebben, dan moeten we nu al ver genoeg vooruit denken.”
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.