Lokale bouwers krijgen bij de realisatie van kenniscentrum Biosintrum in Oosterwolde de kans om te werken met biobased bouwmaterialen. De creativiteit is in de ontwerpfase flink aangewakkerd. Maakbaarheid, bouwfysica, esthetiek, Breeam Outstanding en een dichtgekaderd projectbudget gelden als parameters. “Pionieren, maar wel op basis van realisme en nuchterheid.”
Gemeente Ooststellingwerf is de initiatiefnemer en opdrachtgever van het bijzondere kenniscentrum in Oosterwolde. Na de oplevering ontstaat er een plek waar diverse onderwijsinstellingen uit het Noorden samen met het bedrijfsleven en de overheid werken aan een biobased economy. De architecten van Paul de Ruiter Architects uit Amsterdam tekenden het bijzondere Y-vormige gebouw uit, met drie vleugels die uitkomen op een atrium in het hart van het gebouw. Over twee verdiepingen worden in de duizend vierkante meter een congres- en collegezaal, kantoren, studieplekken, vergaderruimtes, flexwerkplekken en een laboratorium gerealiseerd.
Ervaring opdoen
Bouwbedrijf Doornenbal uit Appelscha, Bouwgroep De Jong uit Oosterwolde en Bouwbedrijf Buiteveld uit Oosterwolde sloegen de handen ineen. Met de oprichting van Natuurlijk Bouwen BV willen ze deze unieke mogelijkheid om met nieuwe bouwmaterialen aan de slag te gaan met beide handen aangrijpen. “Uitgangspunt van Gemeente Ooststellingwerf als opdrachtgever is om het werk binnen de gemeente te houden. Bovendien doen we als bouwbedrijven kennis en ervaring op met biobased bouwmaterialen. We zijn er van overtuigd dat dit de toekomst is. Biosbased vraagt om een andere benadering dan traditionele bouw. We hebben het over specifieke materialen met specifieke eigenschappen. We hoeven geen koploper te zijn, maar blijven wel graag in de pas lopen met ontwikkelingen”, legt directeur Jacob Koopmans van Bouwbedrijf Buiteveld uit.
De aannemer, met ongeveer 35 man personeel, is trekker bij de realisatie van het Biosintrum. “Dit project is een visitekaartje voor Natuurlijk Bouwen en we hopen dat het voor een spin-off gaat zorgen. Dankzij dit project ontwikkelen en stimuleren we biobased toepassingen en halen we de kennis ervan in huis.”
Zoektocht naar materialen
Het bouwteam heeft gezamenlijk een intensief traject doorlopen. Ook kwam men in een speciale ‘pressure-cooker’-bijeenkomst samen om te kijken welke oplossingen voor de uitvoering van de diverse bouwonderdelen het beste kunnen worden toegepast. “De zoektocht naar biobased materialen is een avontuur”, stipt Koopmans aan. “We geloven in de toepassing en verschillende spannende suggesties zijn de revue gepasseerd. Wel is het belangrijk dat de materialen voldoen aan de eisen binnen het Bouwbesluit. Met biobased geldt nog wel enigszins het verhaal van vraag en aanbod. Nieuwe materialen zijn hierdoor regelmatig duur of moeilijk leverbaar.”
Zo viel de suggestie van een stampleemvloer af, omdat het leem uit de omgeving niet geschikt bleek. Alternatieven waren hiervoor financieel gezien niet interessant. Ook de wens een biobased sandwichplaat toe te passen, is door technische aspecten niet tot realisatie gekomen.
Spijkerbroeken
Het gebruik van métisse als isolatiemateriaal springt bij het grote publiek in het oog. Gemeente Ooststellingwerf zamelde ongeveer 2300 gebruikte spijkerbroeken in. Goed voor 690 kilo aan isolatiemateriaal. De katoenvezels van de versleten jeans worden gerecupereerd. “Een bewezen toepassing, want de techniek en het materiaal zijn vaker toegepast. Toch spreekt het tot de verbeelding.” Voor de kolommen van het pand is inlands lariks gebruikt, aangeleverd door Staatsbosbeheer uit de Drentse bossen. Het skelet is van vurenhout.
Verbindingen
De gevel van het gebouw bestaat voor vijftig procent uit glas. De kozijnen worden gemaakt door DIJKO uit Oosterwolde en zijn van accoya-hout. Met zuur behandeld, maar kunnen zonder een verdere verf- of lakbehandeling worden toegepast. Accoya-hout is gecertificeerd, de verbindingen hebben echter geen KOMO-certificaat. “Met de projectgroep hebben we in Amsterdam een bestaand gebouw met dergelijke kozijnen bezocht om te kijken hoe met name de verbindingen zich houden. Er was sprake van behoorlijke vervuiling als gevolg van acht jaar blootstelling aan fijnstof, waarin de kozijnen niet één keer zijn gereinigd. Na een kleine schoonmaakproef kwam het hout als nieuw naar boven. Belangrijk was dat de verbindingen er technisch goed uitzagen. Het risico bij deze keuze vinden wij als projectgroep aanvaardbaar. Dergelijke stappen moet je op een gegeven moment ook zetten, anders kom je in het hele vernieuwingsproces ook niet vooruit.”
De overige muurdelen krijgen een cellulose vulling, die in het werk wordt ingespoten. De gevelplaat aan de buitenzijde is van Neolife-composiet en bestaat voor negentig procent uit hout. De gevels worden niet afgekit, maar voorzien van een speciale afdichtingsband met zelfklevende stroken. “Belangrijk is dat we kiezen voor dampopen materialen, die voldoen aan de lucht- en winddichtheidsprestaties. Die worden door experts van Pro Clima beoordeeld.” Voor de binnenafwerking zijn geschuurde osb-platen gekozen.
Beton met olifantengras
De vloeren op de verdieping zijn van cross-laminated timber: kruislings verlijmde vurenhouten delen. De afwerking is met linoleum. De begane grondvloer wordt gedeeltelijk uitgevoerd as een gepolijste betonnen dekvloer, waaraan miscanthus is toegevoegd. De plant, ook bekend als olifantengras, is een snelgroeiende tropische rietsoort, die momenteel op redelijke schaal rond Schiphol wordt verbouwd. “Met miscantus krijgt het beton een lichter gewicht en een meer natuurlijke uitstraling. Het materiaal is wel voor bijvoorbeeld fietspaden toegepast, maar nog niet eerder in gebouwen naar ons weten. Kortom uniek.”
De werkzaamheden zijn begin april gestart. Het kenniscentrum moet voor het einde van het jaar worden opgeleverd. Het is ook de bedoeling dat de drie aannemers verenigt in Natuurlijk Bouwen op termijn gebruik gaan maken van de vergaderruimtes in het Biosintrum. “Het wordt echt een plek van kennisuitwisseling en verbinding op het gebied van biobased economy.”
‘Biobased bouwen vraagt om andere benadering’
Rob van der Hoek van Bouwbedrijf Buiteveld is blij met de kans om als lokale aannemer met biobased materialen te werken. “Het vraagt misschien wel om een wat andere benadering dan bij traditionele bouw. We hebben het overigens wel over materialen die voor de bouw relatief nieuw zijn, maar wel eerder op plekken zijn toegepast en zijn bewezen. De miscanthus voor de dekvloer is wel helemaal nieuw. Door de relatief langere droogtijd is dit planning-technisch een uitdaging. Om die reden hebben we de dekvloer kort voor de bouwvak aangebracht, waardoor deze goed kon drogen in de vakantieperiode.”
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.