Na twee jaar van lichte krimp in 2020 en 2021, groeit naar verwachting in 2022 de bouwproductie weer. Er worden daarbij volgend jaar circa 70.000 nieuwe woningen gebouwd. Belangrijkste factor is de toename in het aantal bouwvergunningen. Dit blijkt uit het Vooruitzicht bouw van het ING Economisch Bureau.
In 2020 daalde de bouwproductie (-0,8 procent) voor het eerst in zes jaar. Dit kwam vooral door minder bouwvergunningen voor nieuwbouwwoningen, problemen met stikstof in vooral de infrasector en een daling van de investeringen in nieuwe bedrijfspanden door de onzekere economische situatie van de coronapandemie. Bouwwerkzaamheden konden desondanks over het algemeen goed doorgaan. De flinke toename van het aantal consumenten die tijdens de lockdowns hun huis wilden gaan verbouwen zorgden er voor dat de krimp beperkt bleef.
2021: nog een jaar van lichte krimp
In 2021 blijft de bouwsector de naweeën ondervinden van de ontwikkelingen van vorige jaren. In het eerste kwartaal kromp de bouwproductie met 1,8 procent ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar. Het aantal afgegeven bouwvergunningen voor nieuwbouwwoningen is in de loop van 2020 wel weer gegroeid ten opzichte van 2019 maar nog lager dan in 2018. Doordat het circa anderhalf jaar duurt voordat een vergunning uitmondt in een opgeleverde woning, blijft de woningbouwproductie daardoor dit jaar nog onder druk staan.
2022: bouwproductie trekt weer aan
“Voor volgend jaar verwachten we dat de bouw weer een lichte groei laat zien van twee procent”, aldus Maurice van Sante, senior econoom bij ING Economisch Bureau. “Doordat het aantal bouwvergunningen voor nieuwbouw weer aan het stijgen is, kan dat volgend jaar leiden tot meer productie. Zo zullen er in 2022 naar verwachting 70.000 nieuwe woningen worden gebouwd. Daartegenover staat dat vooral de infrasector ook volgend jaar nog last houdt van de stikstofproblematiek.”
Bouwmaterialenschaarste
Het beperkte aanbod van sommige bouwmaterialen (hout, staal en plastics) leidt nog maar bij een beperkt aantal aannemers tot problemen. In mei gaf 11 procent van de bouwbedrijven aan dat zij productiebelemmeringen ervoeren door een tekort aan bouwmaterialen. Het tekort aan personeel is momenteel een groter probleem. 13 procent van de bedrijven gaf aan hierdoor niet alle werkzaamheden uit te kunnen voeren. Ook in vergelijking met 2018 lijkt het materiaaltekort nog beperkt.
In mei 2018 gaven 20 procent van de bouwbedrijven aan dat zij belemmerd werden in hun bouwproces doordat bouwmaterialen niet beschikbaar waren of niet op tijd werden geleverd. Dat tekort ontstond toen doordat de bouwsector heel hard groeide en toeleveranciers niet snel genoeg konden opschalen. (Internationale) productieketens komen nu langzaam weer op gang en de bouwsector groeit niet dit jaar waardoor we verwachten dat de tekorten beperkt blijven en begin volgend jaar weer afnemen.
Bouwprijzen omhoog
Bouwbedrijven hebben plannen om de prijsverhogingen van materialen door te gaan berekenen. Per saldo gaf in mei de helft van de bedrijven aan de komende maanden de prijzen te willen verhogen. Ondanks deze geplande prijsverhogingen zien veel bouwbedrijven toch hun marges onder druk staan. Zij hebben vaak in het verleden projecten aangenomen voor een vaste prijs die zij gecalculeerd hebben op de toen geldende lagere prijs voor bouwmaterialen. Het doorberekenen van hogere inkoopkosten is dan meestal niet mogelijk. Dit geldt vooral voor grote bedrijven die grotere langlopende projecten in de boeken hebben. Voor kleinere bouwers speelt dit minder, doordat zij vaak kleinere korter lopende projecten hebben. Prijsveranderingen kunnen zij daardoor sneller in nieuwe projecten opnemen.
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.