Op enig moment kan een ondernemer tot het besluit komen om zijn onderneming om te zetten van een personenvennootschap in een kapitaalvennootschap. Dit kan een nieuwe bv zijn, maar ook een bestaande bv of een buitenlandse kapitaalvennootschap.
De omzetting van eenmanszaak naar bv kan geschieden op verschillende manieren. Zo kan de ondernemer een nieuwe bv oprichten, en vervolgens de onderneming verkopen aan de bv. Daarnaast kan de eenmanszaak daadwerkelijk worden omgezet in een bv. De ondernemer draagt de onderneming dan over aan de bv en krijgt in ruil daarvoor aandelen in de bv.
Bij verkoop van de onderneming moet worden afgerekend over het verschil tussen werkelijke waarde en de waarde van de onderneming in de boeken (fiscale/stille reserves en goodwill). Dit betekent dat de ondernemer inkomstenbelasting moet betalen over de boekwinst. Bij de overdracht tegen uitreiking van aandelen (inbreng) zijn twee opties mogelijk: direct belasting betalen of later.
Belastingheffing uitstellen
De inbreng van de onderneming in de bv wordt gezien als een staking van de onderneming. Dit leidt tot afrekening over de boekwinst, net als bij verkoop. Zeker voor startende ondernemingen kan dit problematisch zijn, omdat zij nog niet over voldoende geld beschikken om de belasting te betalen. Deze barrière is onwenselijk, en daarom kun je als ondernemer verzoeken om bij de omzetting van je onderneming de belastingheffing uit te stellen (de geruisloze omzetting).
De (inkomsten)belastingclaim verdwijnt daarmee niet. Deze claim (box 1) wordt omgezet in een vennootschapsbelastingclaim en een inkomstenbelastingclaim (box 2). De claims hoeven in het jaar van omzetting nog niet te worden betaald, maar pas bij latere realisatie van de boekwinst, zoals bij de verkoop van bedrijfsmiddelen of bij verkoop van de aandelen in de bv.
Voorwaarden
Om van de faciliteit van de geruisloze omzetting te kunne gebruikmaken, moet worden voldaan aan een aantal voorwaarden. De belangrijkste op een rij:
- De geruisloze omzetting gaat niet vanzelf; er moet een verzoek worden gedaan door de ondernemer.
- Na de omzetting moeten de oprichters van de vennootschap in dezelfde verhoudingen zijn gerechtigd tot het vermogen als voor de omzetting. Dat betekent dat als de verdeling voor de omzetting 50/50 was, dat na de omzetting nog steeds 50/50 moet zijn.
- Het moet zeker zijn dat de vennootschapsbelasting en inkomstenbelasting betaald kan en gaat worden in de toekomst. Deze voorwaarde is heel algemeen en gericht tegen misbruik van de uitstelfaciliteit. Het belangrijkste is dat door de omzetting geen onbelaste winst vrijkomt of dat winst naar het buitenland wordt verplaatst.
- De ondernemer moet de inbreng doen tegen uitreiking van aandelen en mag geen vordering op de bv boeken. Daarom gelden voorwaarden met betrekking tot de grootte van het geplaatste en gestorte aandelenkapitaal en de verkrijgingsprijs van de aandelen in de bv.
De ondernemer die van deze regeling wil gebruikmaken, moet rekening houden dat hij de ingebrachte onderneming moet voortzetten. Een verkoop van de onderneming of van de aandelen in de bv binnen drie jaar na de omzetting betekent in principe dat de faciliteit vervalt, en alsnog directe fiscale afrekening bij inbreng moet plaatsvinden. Zowel voor en tijdens als na de omzetting kunnen er dus fiscale gevolgen zijn voor u en uw onderneming. Het is daarom verstandig contact op te nemen met een fiscaal adviseur als u van plan bent om uw onderneming om te zetten.
Dit artikel verscheen in december 2016 in het blad Aannemer. Klik hier voor een (proef)abonnement.
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.