#Personeelszaken

Blog | Handhaving op schijnzelfstandigheid, houd je zzp-constructies tegen het licht

Sipke Meindertsma (Foto: Roelof Bos)

Per 1 januari 2025 gaat de Belastingdienst volledig handhaven op schijnzelfstandigheid. “Bouwbedrijven moeten hun eigen zzp-constructies goed tegen het licht houden,” waarschuwt bouwbemiddelaar Sipke Meindertsma. Want voor bedrijven met veel schijnzelfstandigen is het risico op faillissement reëel. Hij ziet het Zweedse stelsel voor sociale zekerheid, dat voor alle werkenden hetzelfde is georganiseerd, als enige manier om draagvlak te creëren.

Al jaren zien we dat steeds meer mensen eigen baas willen zijn, ook in ‘mijn’ sector: de bouw. Het aantal zzp’ers verdubbelde tussen 2014 en 2024 naar 231.000 (Bron: CBS). Die trend kunnen we niet opeens stoppen. Wat we nu echter doen, is deze ‘eenpitters’ terugdrukken in loondienst. Begrijpelijk, als je bedenkt dat het aantal werknemers daalt, tegelijkertijd meer mensen met pensioen gaan en we dus met minder mensen aan het collectieve stelsel moeten bijdragen. Maar de zzp’ers willen in vrijheid blijven werken, daar hebben ze bewust voor gekozen. Niet voor niets blijkt uit recent onderzoek (Bron: Intelligence Group Q3-2024) dat slechts 9 procent van de zzp’ers in de bouw (weer) in loondienst wil.

Groot grijs gebied

De handhaving op schijnzelfstandigheid, met ingang van 1 januari, laat veel ruimte voor interpretatie. Want wat weegt bij de controle of iemand wel ondernemer is of eigenlijk toch in loondienst werkt het zwaarst? Gaat het om uurtarief, inschrijving in de KVK, rondrijden in je eigen bedrijfsauto in plaats van die van je opdrachtgever? Tijdens een van de sessies met de Belastingdienst – die ons vroegtijdig betrok bij de naderende veranderingen – bleek dat er een groot grijs gebied is. Zo kan een interim-manager heel goed als schijnzelfstandige worden gezien, ook al verdient ze ruim 100 euro per uur (vele malen meer dan de ondergrens voor zelfstandigen van 33 euro) en wordt zij maar voor korte tijd ingehuurd.

Zoals dit voorbeeld zijn er vele. Denk aan een deurenplaatser die in het busje van zijn opdrachtgever rondrijdt en niet over alle noodzakelijke diploma’s beschikt, maar wel een prima uurtarief heeft en zonder gezag van bovenaf klussen kan uitvoeren. Die wordt toch beschouwd als schijnzelfstandige.

Risico op faillissement

Bouwbedrijven moeten hun eigen zzp-constructies goed tegen het licht houden. En dan nog zullen er veel discutabele gevallen zijn. Daar gaan ongetwijfeld vele rechtszaken uit voortvloeien. Zelfs de aangekondigde ‘zachte landing’, waarbij bedrijven die te goeder trouw zijn eerst een waarschuwing krijgen, is geen geruststelling. Bouwbedrijven waarbij zzp’ers te veel zijn ingebed in de organisatie, en bijvoorbeeld meedoen aan personeelsactiviteiten zoals kerstborrels, lopen nog steeds grote financiële risico’s. Fiscale naheffingen lopen al snel in de tienduizenden euro’s. Pensioenfondsen vorderen achterstallige pensioenpremies terug vanaf het moment dat iemand als werknemer moet worden beschouwd. Zeker als binnen één bedrijf vele zzp’ers als schijnzelfstandige worden beoordeeld, is het risico op faillissement reëel.

Draagvlak ontbreekt

Als je kijkt naar de aanhoudende discussies kun je maar één ding concluderen: het draagvlak voor de ingezette route ontbreekt. Bovendien is de strengere controle op schijnzelfstandigheid praktisch onuitvoerbaar. Er zijn zo’n 80 inspecteurs tegenover 1,6 miljoen zelfstandigen. Hoe gaan ze die allemaal individueel beoordelen? Dat kan niet.

Het Zweedse model als voorbeeld

Voor de huidige maatschappij zie ik maar één uitweg: overstappen op het Zweedse model. Daar is het stelsel voor sociale zekerheid voor alle werkenden hetzelfde georganiseerd: iedereen betaalt volgens dezelfde regels belasting en verzekert zich van een uitkering bij ziekte, ongeacht de contractvorm. Zo zijn werknemers en zzp’ers gelijk: ze dragen allebei bij aan de collectieve voorzieningen en genieten tegelijkertijd sociale bescherming. Alleen op die manier houden we ons collectieve stelsel betaalbaar. En belangrijker nog: het is de enige manier om draagvlak te creëren.

Feitelijk sorteert de overheid daar al op voor. De verschillen tussen werknemers en zelfstandig ondernemers worden meer en meer gelijkgetrokken. Zelfstandigen moeten een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering afsluiten en de zelfstandigenaftrek wordt versneld afgebouwd. En er is de PAWW-uitkering: Private Aanvulling WW. Dit komt neer op een verzekering tegen langdurige werkloosheid. Zo bezien is de stap naar het sociale stelsel van Zweden niet zo groot meer. 

Sipke Meindertsma is oprichter van Bouwselect en Bouwpartners, landelijk opererende uitzend- en detacheringsbureaus voor bouwpersoneel.

Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Schrijf je in voor de Aannemer nieuwsbrief

Elke week de laatste ontwikkelingen uit de aannemerij ontvangen in je mailbox?
Sluit je aan bij ruim 6.600 bouwprofessionals en mis niets!