Bouwbedrijven doen er goed aan niet te snel af te schalen, ondanks dat de bouwproductie krimpt. Dat stelt ING in een reactie op de verwachting van het Economisch Instituut voor de Bouwnijverheid (EIB) dat de werkgelegenheid in de bouw de komende twee jaar met 12.000 voltijdbanen afneemt.
Het EIB gaat uit van een krimp van de bouwproductie van 3,5 procent in 2024. Dat is vooral te wijten aan minder nieuwbouw van woningen en utiliteitsgebouwen.
Volgens ING zijn er drie redenen waarom bouwbedrijven er verstandig aan doen te wachten met snel afschalen. Allereerst is de voorziene krimpperiode relatief kort. Het EIB verwacht dat in de periode 2026-2028 17.000 extra arbeidskrachten nodig zijn.
Bovendien ligt de oorzaak van de krimp niet zozeer bij een vraagprobleem, maar vooral aan de langere doorlooptijden van projecten en procedures. ING wijst er tot slot op dat werknemers de komende jaren schaars blijven.
Personeel hard nodig
Wanneer bouwondernemers kiezen voor het behoud van banen is dat goed op te vangen dankzij de in de afgelopen jaren opgebouwde buffer, aldus ING. “Hierdoor kunnen bouwbedrijven het zich nu permitteren om personeel op de loonlijst te houden zonder dat werk direct voorhanden is. Zodra de bouwproductie weer aantrekt is personeel hard nodig. De bouwbedrijven die kiezen om banen te behouden kunnen tegen die tijd direct leveren. De bedrijven die ervoor kiezen om af te schalen zullen in de toekomst met een achterstand starten.”
Discussie zien we graag op Aannemervak, maar wel met respect voor elkaar. Wij vragen daarom om onder volledige naam te reageren. Lees onze andere regels voor discussie hier. Met het plaatsen van een reactie verklaart u zich akkoord met deze regels.